Het nieuwe verbintenissenrecht: wat (startende) ondernemingen moeten weten na de recente hervorming van het contractenrecht

De Kamer heeft op 21 april 2022 het nieuwe verbintenissenrecht goedgekeurd. De experts van Osborne Clarke lichten die hier toe.

De Kamer heeft op 21 april 2022 het nieuwe verbintenissenrecht goedgekeurd (opgenomen in Boek 5 "Verbintenissen" van het nieuw Burgerlijk Wetboek). Niet enkel worden er enkele nieuwigheden geïntroduceerd, bepaalde principes zoals toegepast in de huidige rechtspraak worden tevens gecodificeerd, met als doelstelling een nieuw evenwicht te creëren tussen de wilsautonomie van partijen en de rol van de rechter als beschermer van het algemeen belang en de belangen van de zwakkere partijen in contractuele verhoudingen.

Het nieuwe verbintenissenrecht zal gelden voor overeenkomsten gesloten na 1 januari 2023. Overeenkomsten gesloten voor die datum blijven beheerst door het oude verbintenissenrecht, net zoals rechtshandelingen gesteld na 1 januari 2023 maar die betrekking hebben op overeenkomsten gesloten voor die datum, tenzij partijen contractueel een andere regeling bedingen.

We overlopen hierna in kort bestek de belangrijke vernieuwingen en codificaties die worden ingevoerd met het nieuwe verbintenissenrecht ('Boek 5'):


  • Formulierenstrijd ("Battle of forms")

Het kan in de praktijk voorkomen dat algemene voorwaarden van verschillende partijen een contractuele relatie beheersen met als gevolg de logische vraag welke voorwaarden in dergelijk geval voorrang hebben. In de rechtspraak vinden we hier veelal een toepassing van de zgn. 'knock-out rule' en dit principe wordt nu gecodificeerd: beide sets van algemene voorwaarden zijn gelijktijdig toepasselijk behalve de clausules die onverenigbaar zijn met elkaar en daardoor komen te vervallen. De onderwerpen geregeld in de vervallen clausules worden beheerst door het Belgisch gemeen recht.

  • Nieuw wilsgebrek: misbruik van omstandigheden

Misbruik van omstandigheden wordt ingevoerd in het Belgisch recht als nieuw wilsgebrek, op basis waarvan een overeenkomst nietig verklaard zal kunnen worden of bepaalde verbintenissen worden aangepast indien er bij de contractsluiting een kennelijk onevenwicht bestaat tussen de prestaties van de contractpartijen als gevolg van misbruik door een partij van omstandigheden verbonden aan de zwakke positie van de andere partij.

  • Onrechtmatige clausules

In het nieuwe verbintenissenrecht zal een clausule, rekening houdend met de omstandigheden op het ogenblik van contractsluiting, die een kennelijk onevenwicht schept tussen de rechten en verplichtingen van partijen, als onrechtmatig worden beschouwd en voor niet-geschreven worden gehouden. Dit principe geldt echter enkel voor clausules waarover men niet kon onderhandelen en waarop de B2B-wet van 4 april 2019 en het Wetboek Economisch Recht ('WER') betreffende onrechtmatige clausules in een B2C-context niet van toepassing zijn.

  • Buitengerechtelijke nietigverklaring door kennisgeving

Het nieuwe verbintenissenrecht introduceert de mogelijkheid om op eigen risico een contract deels nietig te verklaren door een gemotiveerde schriftelijke kennisgeving aan de andere contractpartij. Op deze manier kan een (lange) gerechtelijke procedure om zich te ontdoen van contractuele verplichtingen worden vermeden. Een belangrijke randvoorwaarde is wel dat de nietigverklaring altijd beperkt dient te blijven tot verbintenissen of clausules die los gezien kunnen worden van de rest van het contract. Ook is de nietigverklaring bij kennisgeving uitdrukkelijk uitgesloten voor contractuele verbintenissen vastgesteld bij authentieke akte zoals een notariële akte (aankoop onroerend goed, vestiging hypotheek etc.).

  • Boetebeding wordt schadebeding

Het schadebeding kan voortaan ook betrekking hebben op de uitvoering van diensten en voor de marginale rechterlijke toetsing wordt het criterium het 'kennelijk onredelijk karakter' i.p.v. het voorheen geldende 'voorzienbare potentiële schade'. Bij rechtelijke toetsing van het beding zal een kennelijk onredelijk beding kunnen worden gematigd tot een redelijk bedrag of prestatie.

  • Bevrijdingsbeding

De codificatie van de rechtspraak inzake bevrijdingsbedingen (integrale of gedeeltelijke uitsluiting van eigen aansprakelijkheid of aansprakelijkheid voor aangestelden) is een grote stap en de principiële geldigheid van bevrijdingsbedingen wordt uitdrukkelijk vastgelegd, ook in geval van zware fout. Het is evenwel niet mogelijk en dus ongeldig de eigen aansprakelijkheid of die van aangestelden uit te sluiten bij opzet, bij fout die het leven of de fysieke integriteit aantast of die de overeenkomst volledig uitholt.

  • Anticipatieve ontbinding ("Anticipatory breach")

Indien duidelijk is dat de schuldenaar zijn verbintenis niet tijdig zal nakomen en de gevolgen daarvan voldoende ernstig zijn voor de schuldeiser, kan de schuldeiser mits schriftelijke kennisgeving de uitvoering van zijn eigen verbintenis opschorten, en dit tot op het ogenblik dat de schuldenaar voldoende waarborgen biedt voor de uitvoering van zijn verbintenis. In concreto betekent dit dat de schuldeiser de uitvoering van zijn eigen verbintenis kan opschorten hoewel de prestatie van de schuldenaar nog niet opeisbaar is. Bovendien kan de schuldeiser mits schriftelijke kennisgeving in uitzonderlijke omstandigheden het contract ontbinden, met name als duidelijk is dat de schuldenaar niettegenstaande een aanmaning om binnen een redelijke termijn voldoende waarborgen voor een goede uitvoering van zijn verbintenis te bieden, zijn verbintenis niet tijdig zal nakomen en de gevolgen daarvan voldoende ernstig zijn voor de schuldeiser.

  • Buitengerechtelijke ontbinding door kennisgeving

Het nieuwe verbintenissenrecht verankert in de wet de mogelijkheid om een overeenkomst te ontbinden wegens wanprestatie zonder rechterlijke tussenkomst m.a.w. een contractpartij kan op eigen risico de overeenkomst ontbinden middels gemotiveerde schriftelijke kennisgeving indien de niet-nakoming van één of meerdere verbintenissen door de andere contractpartij voldoende ernstig is. Bij betwisting zal de rechter zowel de rechtmatigheid als de gegrondheid van de éénzijdige buitengerechtelijke ontbinding (marginaal) toetsen.

  • Prijsvermindering

Het nieuwe verbintenissenrecht introduceert eveneens een nieuwe sanctie: de schuldeiser kan om een evenredige prijsvermindering verzoeken teneinde het evenwicht tussen de wederzijdse verbintenissen te herstellen. Middels een gemotiveerde schriftelijke kennisgeving kan de vermindering éénzijdig worden toegepast dan wel dient deze te worden gevorderd voor de rechter.


  • Postcontractuele verbintenissen en bedingen

Postcontractuele verbintenissen en bedingen inzake de ontbinding van de overeenkomst worden erkend en dit principe wordt verankerd in het nieuwe verbintenissenrecht. De ontbinding van een contract heeft normaal gezien retroactieve werking maar afhankelijk van de wil van partijen kan het eveneens de bedoeling zijn dat bepaalde bedingen zoals niet-concurrentiebedingen of rechtskeuzebedingen de ontbinding overleven.

Het nieuwe verbintenissenrecht verdient de aandacht van alle (startende) ondernemers want het kent een zeer brede toepassing, in tal van sectoren en is van toepassing op alle soorten contracten. Bovendien is het mogelijk heel wat bepalingen uitdrukkelijk uit te sluiten of aan te passen in functie van specifieke noden. 


Het is belangrijk om de precieze impact van de recente nieuwigheden op uw huidige en toekomstige contracten en algemene voorwaarden na te gaan, zodat een grondige 'health check' zeker geen overbodige luxe is.

Wil je meer weten? Contacteer dan Willem Henckens en Philippe Brabanders.

Download